Evenementen vandaag te doen 2024

Luilak evenementen 2024

Luilak 2024. Luilak pinksterzaterdag 18 mei

Klik hieronder op de link voor meer toelichting over het (deel)gebied of de branche.

Luilak

Luilak of looilak is een van oorsprong Westfries en (Noord)Hollands folkloristische viering. Het is een viering waarbij langslapers en telaatkomers worden bespot en wakker gemaakt. Globaal genomen wordt het gevierd in het gebied tussen Texel en Delft in het westen van Nederland, met de noot; des te zuidelijker na Amsterdam in het gebied des te minder het gevierd wordt. Daarbuiten vind men het slechts hier en daar, zoals de afgeleide luilakbloemenmarkt in de stad Utrecht.

De viering maakt deel uit van vier dagen feest, waar toe eerste en tweede pinksterdag ook behoren. In West-Friesland was er oorspronkelijk ook een derde pinksterdag, de laatste dag van de vierdaagse. Deze is slechts in aantal plaatsen nog een traditie. De viering is niet christelijk gebonden, ondanks dat het samenvalt met Pinksteren, op aantal plaatsen wordt luilak voorafgegaan door luilak(bloemen)markt, dit is op de vrijdagavond tot middernacht of net iets voorbij middernacht. De oudste bekende markt is die uit de jaren 1890 in Haarlem. In de nacht van vrijdag op zaterdag, en zaterdagochtend wordt de daadwerkelijke luilak gevierd.

Het verschilt per plaats wanneer men begint met luilak. Op sommige plaatsen is het al net na middernacht en in andere zoals rond Amsterdam na vier uur. Ook verschilt het per leeftijd; jongeren starten vaak eerder dan kinderen van tussen de 9 en 14 jaar.

Over de symboliek en de herkomst van het feest bestaan verschillende meningen, maar de viering komt meer dan waarschijnlijk voort uit traditie dat de langslaper, degene die het laatst uit bed kwam, op de zaterdag voor Pinksteren de andere uit het gezin of familie op 'luilakbollen' (warme broodjes met stroop) moest trakteren. De kinderen die het vroegst op waren gingen de straat op om langslapers wakker te maken en ze te bespotten met onder andere rijmpjes en liedjes.

Één van de liedjes die traditioneel bij luilak wordt gezongen, is: "Luilak, beddezak. Staat om negen uren op. Negen uren, half tien, heb je die luilak al gezien?".

Later zou dit overgenomen zijn door straatjongens die in groepjes rondtrokken en rumoer maakten. Ook sleepten ze spullen en dode dieren mee die aan de dichte deuren werden gebonden. Van de 16e en 17e eeuw is bekend dat de viering al op de vrijdagavond begon na het vallen van de nacht (na het donker worden), waarbij het ook tot de volgende avond duurde, zaterdagavond dus. Niet zelden vochten de straatjongens met elkaar of tegen mannen. Keuren uit die tijd melden ook verboden ten aanzien van luilak. In de 18e eeuw verschuift het begin van luilak dieper de nacht in.

De viering kent een sterke traditie rond Amsterdam. In de andere gebieden is de viering door de eeuwen heen met vlagen wel en niet gevierd. De grootste dip was tussen 1940-1965. Alleen in Amsterdam en de Zaanstreek werd het dan nog uitgebreid gevierd. Maar na 1965 wordt ook in andere gebieden weer meer en uitgebreider gevierd.

De gebruiken bij luilak verschilden en verschillen nog altijd per plaats. In het begin van de twintigste eeuw begon op veel plaatsen de viering steeds meer uit de hand te lopen. Van te grote vuren tot puur vandalisme. In onder meer Delft, Amsterdam en de Zaanstreek werden door de gemeentelijke autoriteiten, vaak samen met jongerenwerk en heemkundige verenigingen, pogingen gedaan om de luilakviering meer te controleren. Zo probeerde men door het organiseren van evenementen als optochten, officiële vuren en gratis filmvoorstellingen en muziekoptredens onder meer vandalisme te beteugelen en weer de nadruk te leggen op het lawaai maken.

Na 1965 wordt het feest weer steeds vaker gevierd, opvallend is dat dan ook de nadruk weer ligt op het lawaai maken. Naast belletje trekken dat al sinds het begin van twintigste eeuw veel gedaan werd begon men ook steeds vaker fietsen met ratels bij het wiel of oude bussen, pannen of blikjes die achter de fiets worden gebonden te gebruiken om lawaai te maken. Vroeger werd dit bijvoorbeeld gedaan met een al dan niet zelf gemaakte kar. Maar ook het bekladden van ramen of andere dingen kwamen weer terug. Dit gebeurde vroeger vaak met boter, zeep en krijt. Tegenwoordig wordt er naast zeep en boter ook meel en eieren gebruikt. De eieren worden stuk geslagen op ramen en auto's. De luilakvuren zoals men die kent rond Amsterdam en de Zaanstreek hebben een mindere verspreiding in het heroverde luilakgebied. Bovenop zo'n vuur zat vaak de Jan Luilak.

Terwijl in steden als Amsterdam het vandalisme al in de jaren 1970 toeneemt, gebeurt dat in de hernieuwde gebieden pas eind van de jaren 1980. Steeds vaker worden dan naast eerder genoemde fratsen, ook dingen gedaan als banden van auto's lek steken, vuurwerk of stinkbommen door de brievenbus naar binnen gooien of in containers gooien. Ook is een bekend fenomeen plakband spannen over de straat om zo wandelaars en fietsers te verrassen of zelfs te laten vallen. Ook ramen van huizen en auto's sneuvelen nogal eens.

In de Zaanstreek ziet men vanaf de jaren 1990 ook steeds meer dat luilak zich uit in meer muzikale activiteiten in jeugdhonks en buurthuizen. In de Zaanstreek is er dan ook minder animo voor de luilakvuren, dit mede doordat er een vergunning voor nodig is. Toch blijft een kleine groep kinderen en jongeren in de Zaanstreek het op straat vieren.

Bij de luilakviering van 3 juni 2006 besloot de politie Noord-Holland Noord in het hele gebied extra personeel in te zetten. Dit bleek te helpen: het aantal vernielingen was beduidend minder dan voorgaande jaren.

Een afgeleide van Luilak is het luilakzwemmen, oorspronkelijk ontstaan als vroege duik in het water en zwemmen tijdens Luilak wordt steeds vaker ook los van luilak gedaan, en duidt op vroeg zwemmen.